-
1 conquérir
conquérir [kõkeerier]〈 werkwoord〉♦voorbeelden:conquérir une montagne • een berg bedwingenconquérir qn. à ses idées • iemand voor zijn ideeën winnenvveroveren, winnen -
2 conquérir l'estime de qn.
conquérir l'estime de qn.Dictionnaire français-néerlandais > conquérir l'estime de qn.
-
3 respecter
respecter [respektee]1 respecteren ⇒ eerbiedigen, eren2 naleven ⇒ in acht nemen, zich houden aan3 ontzien ⇒ sparen, rekening houden met♦voorbeelden:1 se faire respecter • ontzag inboezemen, respect afdwingenrespecter le sommeil d'autrui • andermans nachtrust niet verstoren1 zich, elkaar respecteren♦voorbeelden:v1) respecteren2) naleven, in acht nemen3) ontzien, sparen
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Нидерландский